1. We zijn een hechte groep, we sluiten niemand uit.
2. Iedereen doet steeds zijn best.
3. Iedereen is ergens goed in!
4. We helpen elkaar als het nodig is.
5. We zijn stipt met onze taken.
6. We werken netjes en zorgen ervoor dat ons materiaal ook steeds netjes is.
7. We staan op tijd in de rij.
8. We leven de afspraken op de speelplaats goed na.
2. Iedereen doet steeds zijn best.
3. Iedereen is ergens goed in!
4. We helpen elkaar als het nodig is.
5. We zijn stipt met onze taken.
6. We werken netjes en zorgen ervoor dat ons materiaal ook steeds netjes is.
7. We staan op tijd in de rij.
8. We leven de afspraken op de speelplaats goed na.